Mijn moeder lacht – Filmen met de pen

Het moet iets van een drie maanden geleden zijn dat ik me waagde aan de film Jeanne Dielman, 23, quai du Commerce, 1080 Bruxelles (1975) van de veelzijdige filmmaker Chantal Akerman. Waarom werd deze film in 2022 door het British Film Institute (BFI) uitgeroepen tot beste film aller tijden, vroeg ik me af. Een film die te lang en te saai zou zijn, die je geduld op de proef stelt.

Je volgt de dagelijkse routine van een alleenstaande huisvrouw – met tienerzoon gespeeld door een jonge Jan Decorte. Drie uur lang kan je huisvrouw Dielman observeren, bespioneren; hoe ze koffie zet, haar patatjes schilt, haar boterhamen eet, de tafel dekt, haar rosse haren en kleren fatsoeneert om een heer tegen betaling te plezieren. ‘Maar hoe langer je ernaar kijkt, hoe meer gewicht de details krijgen en hoe meer je in het innerlijke leven van die stilzwijgende en introverte vrouw opgezogen wordt. Midden in de film zit een keerpunt, een moment dat de routine ontspoort, (…) Jeanne niet langer dezelfde is en dat ook nooit meer zal worden.’ zo schrijft Jan Dertaelen in De Tijd (15 maart 2024).

De film laat je niet meer los. Echt niet. Je ziet Chantal Akerman plots overal; een muurschildering op een gevel aan de varkensmarkt, een tentoonstelling (ondertussen afgelopen) over haar oeuvre in Bozar, een reportage op Canvas (‘Altijd onderweg’). En in de boekenwinkel Passa Porta ligt haar boek Mijn moeder lacht te schreeuwen dat je het koopt. Een boek uit 2013, maar sinds dit jaar ook in het Nederlands beschikbaar. Je koopt het om het te verorberen, maar wel met aandacht en voorzichtigheid. Je zal merken – halfweg in het boek – dat het een heel fragiel, kwetsbaar en geladen portret is. Het boek is een reportage en ode aan haar zieke moeder Natalia (Nellie). Chantal reisde in die periode heen en weer tussen New York en Brussel om voor haar te zorgen. Ze filmt dit indringend portret tussen moeder en dochter met haar pen. Natalia is de rode draad doorheen heel Chantal Akermans werk en zelfs haar hele bestaan. Haar moeder was een grote inspiratiebron voor tal van haar films, zoals Jeanne Dielman, en dus ook voor dit boek.

Nellie vluchtte vlak voor de Tweede Wereldoorlog samen met haar Joodse ouders vanuit Polen naar België om aan de Nazi’s te ontsnappen, maar het gezin belandde uiteindelijk toch in Auschwitz. Natalia overleefde als enige het concentratiekamp en zou daar nooit meer over praten. Deze zware rugzak zou Chantal via haar moeder, Nellie, haar hele leven met zich mee hebben gedragen. Het voorwoord tot het boek vat het zo samen: ‘Zij waren zo symbiotisch verbonden dat ze elkaar niet echt konden zien. Er was alleen de volle hevigheid van de ervaring, die altijd gepaard ging met kwelling. Haar moeder, die altijd te dichtbij was, of te ver weg’.

Chantal Akerman over haar moeder: ’Ik hield van haar toen ze jong was, mijn moeder. Van haar, haar jeugdigheid, schoonheid, haar jurken. Vooral haar zomerjurken met brede gouden en oranje strepen. Die fonkelden. Ze riep me te hulp om haar jurk vast te maken en dat vond ik heerlijk. Daarna vroeg ze me of deze haar goed stond. Ja, je bent heel mooi. Die jurk staat je heel goed. Door je donkere ogen’. Naast haar vertelsels over haar jeugd, haar toxische relatie met C., haar ordelijke, vrolijke en ‘mature’ zus (alles wat Chantal niet was) en alle banale, dagelijkse gebeurtenissen die zich in het appartement in Brussel bij haar moeder afspeelden, laat ze met haar pen veel diepere gevoelens en gedachten op ons los. Donkere gedachten. Zeker met wat er nadien gebeurde, is het moeilijk niet de indruk te hebben dat ze al enige tijd met suïcidale gedachten rondliep, wachtend tot haar moeder zou sterven *. ‘Ze was heel ziek en ik was bang, bang dat ze in haar stoel zou stoppen met ademen (…). Ademen mama, laat me niet alleen, nog niet. Ik ben er niet klaar voor en misschien zal ik er nooit klaar voor zijn’. En verder in het boek schrijft Chantal Akerman: ‘Het kind was als oud kind geboren en dus was het kind nooit volwassen geworden. (…). Het oude kind dacht als de moeder doodging het geen enkele plek meer zou hebben waar het terug kon komen.’

Een adembenemend portret, het camerastandpunt altijd gericht op haar moeder die lacht. Chantal Akerman maakte in 2015, twee jaar na het overlijden van haar moeder en het uitgeven van het boek, ook de documentaire No Home Movie, met al haar archiefbeelden over haar moeder. In 2015 benam Chantal Akerman zichzelf ook van het leven.

Chantal Akerman, Mijn moeder lacht, (Koppernik, 2024), vertaald door Martine Woudt. Jeanine Dielman kan je eenvoudig bekijken op www.bib.avilafilm.be , het video-on-demand aanbod voor bibliotheekgebruikers (je hebt toegang als je lid bent van een Brusselse bibliotheek; het lidmaatschap bij de Brusselse bibliotheken is gratis). De documentaire Altijd onderweg kan je op VRT MAX bekijken.

Hannah Basiliades

 

* Denk je aan zelfmoord en heb je nood aan een gesprek, dan kan je terecht bij de Zelfmoordlijn op het nummer 1813 of via www.zelfmoord1813.be

 

WINACTIE

We verloten 3 exemplaren van het boek “Mijn moeder lacht” door Chantal Akerman (2024). Ga voor 30 november naar
akerman.willemsfondsbrussel.be en neem deel aan de wedstrijd.

Deel dit artikel:

Lees ook deze artikels