Catechismus van de Universele Moraal

Bij deze, na 153 jaar, een kleine rechtzetting

In 1867 vroeg Julius Vuylsteke aan Charles le Hardy de Beaulieu om voor het Willemsfonds een breed toegankelijk werkje te schrijven over zedenleer. Charles le Hardy schreef in het frans Catéchisme de morale universelle.

Het werd een pareltje: het cathechismus-formaat met vraag en antwoorden was in een door het katholisisme gedomineerde maatschappij alom bekend. Dit formaat werd daarom ook breed gebruikt, met een tikkeltje provocatie, in vrijzinnige, liberale en socialistische middens, omdat het toegankelijk is voor een zeer breed publiek. Qua inhoud geeft het een moraal weer die stoelt op de rede en wetenschapplijke inzichten (en dus los staat van angst voor het laatste oordeel en het hiernamaals). Het is zeker geen kille en afstandelijke benadering: het bevlogen laatste hoofdstuk besluit met hoe mooi een wereld zou zijn waarin we zelfs maar zouden streven naar het toepassen van deze universele moraal.

“De essentrie” schrijft Charles le Hardy, “kan worden samengevat in de gouden regel van Confucius: handel tegen anderen, zoals je wilt dat anderen jou behandelen”. Dat is helder.

Koudwatervrees
Of toch niet? 1867 is niet 2020. Voor het bestuur van het Willemsfonds was die boodschap toen behoorlijk radicaal. Ze bleek strategisch niet verstandig. “Kan vrijdenkerij, net als het flamingantisme, niet beter in kleinere porties worden opgediend”. Bovendien was zelfs binnen vrijzinnige middens deze zeer rationele benadering geen gemeengoed. Er waren ook meer spiritualistische benaderingen van ethiek. Het Willemsfonds trok zich terug. Het boekje verscheen enkel in het Frans.

In 2017 vertaalde Patrick Stouthuysen het werkje. Hij voorzag het eens te meer van een rake inleiding. In 35 bladzijden situeert hij Charles le Hardy de Beaulieu in zijn tijd, zijn leefwereld en traditie. Een bijzonder veelzijdig en boeiend man! De inleiding kadert ook de Catechismus én de Universele Moraal in de intellectuele traditie sinds de verlichting tot nu. Dit boekje past in een genre.

Stouthuysen deed het al voor met de vertalingen en inleidingen van Croquis Siamois van Karel Buls, Les soirées de la Rue Saint-Lazarre van Gustave de Molinari én Vrij naar Bebel. Een politieke toekomstroman uit 1891 van Eugène Richter. Net als deze boeken verscheen deze Cathechismus in de Blauwe Maandag-reeks met klassieke reisverslagen en cahiers van Liberas (het centrum voor de geschiedenis van het vrije denken en handelen).

1867 is niet 2020. Vandaag, nog los van de strategische overwegingen van 1867, willen we ten allen tijde het intellectuele debat vrij en open voeren. Laat ons dit artikeltje in ons Willemfondskrantje dan maar beschouwen als een late rechtzetting.

Het debat is actueel. Wordt vandaag de vrijzinnigheid, net als het liberalisme trouwens, niet te vormelijk benaderd? De nadruk ligt op het beschermen van de individuele vrijheid. Mischien is er te weinig plaats voor een gedeelde positieve invulling van een vrijzinnige moraal bijvoorbeeld?

Bovendien is er in de huidige multiculturele leefwereld, al is het om praktische redenen, “nood aan een gezamenlijke ethiek, die harmonieus samenleven van mensen met uiteenlopende overtuigingen en levensbeschouwingen kan bevorderen”.

Johan Basiliades

Een greep uit de Catechismus

Het wil een alternatief zijn voor de kerkelijke moraal:

Moeten we handelen naar de regels van de moraal in de hoop daarvoor beloond te worden of in vrees bij overtreding ervan te worden gestraft?
Neen, we moeten handelen naar de regels van de moraal uit liefde voor het ware en het goede, uit respect voor onszelf en voor de anderen.

… met liberale inslag

Zijn we, zolang we anderen geen schade toebrengen, vrij te doen en laten wat we willen?
Neen, we moeten zo handelen dat anderen respect voor ons kunnen opbrengen.

… en

Is streven naar rijkdom niet strijdig met de moraal?
Neen. Dat streven is er, integendeel, mee in overeenstemming, zolang het gaat om het verwerven van rijkdom via eerlijke en wettelijke wegen, zonder iemand te benadelen.

Soms zeer modern …

Moet de vrouw de man gehoorzamen?
Vanuit het oogpunt van de moraal zijn beide echtelieden gelijk. De rechten en plichten die ze ten aanzien van elkaar hebben, kunnen worden samengevat in twee woorden: ‘wederzijds respect’.

… alhoewel, toch ook zeer 1867

Wat is het doel van het huwelijk?
Het huwelijk is de permanente verbintenis, afgesloten tussen twee personen van een verschillend geslacht, met doel een gezin te stichten en zo bij te dragen aan de verbreiding van de menselijke soort.

En deze geven we in tijden van nationalistische gekte en migratie graag mee:

Legt de moraal ons de absolute en onvoorwaardelijke liefde voor het vaderland op?
Helemaal niet. (…) Als het vaderland niet de veiligheid, de rechtvaardigheid en de vrijheid kan garanderen die we ervan mogen verwachten, hebben we het recht het te verlaten en er een ander te kiezen.