Een stukje poëzie

Zuid. Er is geen zon
die de hemel zo hard
beheersen kon
als de weemoed van mijn dochters.
Mag ik je mijn angst vertellen?

Of zal ik die begraven?

Als een zwarte knikker in een roos
kartonnen doosje in de zwarte grond.
De aarde rondom: aangeslagen, platgeklopt.
Hier groeit nooit geen gras meer op.

Zuid. Hier moet ik hen laten.
In de klauwen van een te harde zon…

Mag ik je mijn angst vertellen?
Mijn vrees voor hen
is mogelijk hun horizon.

Ook in de poëzie bestaan er one hit wonders. De Nieuw-Zeelandse dichteres JoAnne Vanhout (°1959) is na een vrij opzienbarende start van haar literaire carrière de laatste jaren helemaal uit beeld verdwenen. Nochtans won ze bij het verschijnen van haar eerste bundel ‘Kindred’ in 1987 (vertaling: verwant) meteen een resem literaire prijzen in haar vaderland. Haar werk werd in verschillende talen vertaald, ook in het Nederlands. En niet door de minste. Gerrit Komrij vertaalde in 1993 10 gedichten uit haar bekroonde bundel.

Vanhout groeide op in universiteitsstad Dunedin , op het Nieuw-Zeelandse Zuidereiland. Ze werkt er vandaag ook als docente aan de lokale unief . Haar Belgisch klinkende naam heeft ze te danken aan één van haar voorvaders die in de 19de eeuw vanuit Brussel naar Nieuw-Zeeland immigreerde om er als ingenieur te werken aan het nieuw te ontwikkelen spoornetwerk. Die man komt ook voor in haar poëzie. ‘Kindred’ is namelijk opgevat als een poëtische familiegeschiedenis. Aan de hand van gedichten vertelt ze het hele verhaal van haar voorvaders vanaf de 19de eeuw tot bij haar eigen kinderen. Het gedicht hierboven is het afsluitende gedicht van de bundel.

Opmerkelijk aan ‘Kindred’ is dat de stijl in de bundel mee evolueert. De eerste gedichten in de bundel zijn romantisch, maar er volgen dan symbolistische gedichten, overlopend in modernistische gedichten. Elk ‘familieverhaal’ krijgt daardoor een andere toonaard, in de lijn met de poëtische mode van het moment waarin het zich afspeelt. In de laatste gedichten laat ze de vorm bijna geheel los. In die zin valt ‘Kindred’ ook te lezen als een soort geschiedenis van de poëzie. Het overkoepelende thema is hoe familiale roots en gebruiken een betekeniseenheid an sich zijn die de wereld zelf mee vorm geeft, los van al de wereldse razernij die daarbuiten woedt. (In dat opzicht is het heel relevante poëzie in volle coronatijd!)

Vanaf het begin van de jaren 1990 verdwijnt Vanhout vrijwel volledig van het literaire toneel. In een zeldzaam interview met de Engelse krant The Guardian in 2013 geeft ze aan dat dat komt omdat de combinatie van gezin, werk haar creatief helemaal uitgeput hebben. Maar kijk, anno 2020, in juni, verscheen het bericht dat er tegen het einde van dit jaar een einde aan de jarenlange stilte komt. Dan verschijnt een opvolger van ‘Kindred’. Met ongeduld afwachten kortom! Maar intussen kan u alvast genieten van haar eerdere, volstrekt sublieme gedichten.

Kurt Deswert